Onderstaande vraag stond vandaag bij een artikel in de VK. Allochtonen hebben enorme moeite met het geslacht van woorden. Of het een de-woord of het-woord moet zijn.
Ik denk niet alleen allochtonen overigens.
De vraag is of je carrière in gevaar is als je het verschil niet weet en je voor het gemak van elk zelfstandig naamwoord een de-woord maakt. De verschil, de paard, de huis, de boek.
Er zijn mensen die serieus voorstellen om het-woorden maar gewoon af te schaffen; we houden alleen de-woorden over. Wel zo makkelijk. Maar gewenst??
Uit ervaring (als docent Nederlands) weet ik dat het aanleren van het juist gebruik van het woordgeslacht (is het de of het?) haast onmogelijk is. Net als het leren van de t's en d's bij de werkwoorden. Meer dan de helft van de leerlingen zal het nooit leren, ben ik bang.
Moeten we de strijd maar opgeven? Alle werkwoorden met een t? Alle zelfstandige woorden met de? Alstublieft niet. Dan nog liever enkele decennia doormodderen dan zo'n drastische taalverminking.
Maar het allerbelangrijkste lijkt me om er niet een groot drama van te maken. Wel de goede regels aanleren, maar niet de fouten steeds benadrukken. Dat werkt averechts en frustrerend. "Ik leer het nooit!" Inderdaad, maar daarom ben je wel een goed mens.
Veel woorden kunnen met de en het. Kijk hier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten